Haken voor beginners: De Basis

Published On: 29 april 2024521 words2,9 min read

Dus jij wilt graag leren haken? Wat leuk! In deze blogserie over ‘Haken voor beginners starten we bij ‘de basis’. In dit eerste deel gaan we de basis van het haken bespreken waaronder bekende steken, de do’s en don’ts en deel ik 5 makkelijke maar ontzettende leuke starters patronen. Lees je gezellig mee?

Haken is momenteel hip and happing, maar waarom eigenlijk? De haaktechniek bestaat al heel wat jaren, eeuwen om precies te zijn. Als een afgeleide van kantklossen en breien, bood haken een nieuwe techniek voor het maken van eigen kleding. Wie niet handig was met twee breistokken kon wellicht wel met 1 haaknaald uit de voeten. Echter zit er wel een groot verschil tussen breien en haken. De techniek van haken is toch wel degelijk anders, niet zo gek dus dat als men zegt ‘Ow wat brei je?’ dat de haakster al snel zegt: HAKEN! Maar genoeg over de vormen van handwerktechnieken, de basis want daar ben je hier voor aan het lezen, toch?

Basissteken van haken

Bij haken kennen we een aantal basissteken. Deze komen in ieder patroon wel voor. De bekendste steken zijn:

(keer) Losse
Halve vaste
Vaste
Stokje
Meerderen
Minderen

(Keer)losse: Een losse is 1 lus door de lus halen die op je haaknaald zit. Je slaat je haaknaald om de draad en trekt deze door de lus op je haaknaald.

Halve vaste: Een halve vaste maak je door je haaknaald door de steek te halen, sla om de draad en trek deze direct door beide lussen heen

Vaste: Een vaste maak je door de haaknaald door de volgende steek te steken, sla om de draad en haal op. Je hebt nu 2 lusjes om je haaknaald. Opnieuw omslaan rondom de draad en de draad door beide lussen trekken, je hebt nu nog maar 1 lus om je haaknaald.

Stokje Een stokje maak je door eerst je haaknaald rond de draad te slaan, je hebt nu 2 lussen aan je haaknaald. Steek je haaknaald door de volgende steek en haal opnieuw een lusje op. Je hebt nu 3 lussen aan je haaknaald. Sla de draad rondom de haaknaald en haal deze door de eerste 2 lussen. Sla opnieuw om en haal de haaknaald opnieuw door 2 lussen zodat je nog maar 1 lus op je haaknaald hebt.

Meerderen: Twee steken in dezelfde steek

Diagram of the completed single crochet increase.

Minderen: Je gaat twee steken samenhaken. Dit kan op verschillende manieren, ik gebruik altijd alleen de voorste lussen van de eerst volgende steek en de steek daarna. Zo krijg je minder gaten in je werk omdat de achterste lussen dit ‘gat’ opvullen.

Yarn over and draw the yarn through all 3 loops on your hook.

Leuke patronen om te proberen

Probeer de basissteken goed te oefenen met een stukje garen. Let hierbij op hoe je de haaknaald vast hebt en het garen. Probeer er voor te zorgen dat je spanning op de draad gelijk blijft gedurende het haken. Zo voorkom je dat je grote en kleine steken maakt door hoe strak of los je het garen vast hebt. Ik sla de draad altijd 1x rondom mijn pink om te voorkomen dat de draad een eigen leventje gaat leiden. Goed geoefend? Probeer eens deze patronen uit!